Handhaving REACH en CLP

Op deze website treft u informatie aan over de handhaving van REACH en CLP.
Deze informatie is voornamelijk bedoeld voor ondernemers. De website biedt dan ook alleen informatie die voor hen van belang is.
De handhaving van REACH en CLP wordt uitgevoerd door een samenwerkingsverband van de volgende organisaties:

  • de Inspectie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
  • de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit 
  • de Inspectie Leefomgeving en Transport

Het doel hiervan is een effectieve handhaving met zo min mogelijk last voor het bedrijfsleven. De uitgangspunten voor de handhaving zijn: éénduidig, selectief en risicogericht toezicht.

Het toezicht op de naleving van REACH en CLP valt primair onder de verantwoordelijkheid van de Inspectie SZW, de NVWA  en ILT. Afgesproken is dat elke doelgroep te maken krijgt met één inspectiedienst als aanspreekpunt voor de handhaving. De verdeling ziet er op hoofdlijnen als volgt uit:

  • De Inspectie SZW houdt toezicht op de (professionele en industriële) gebruikers van stoffen en mengsels
  • De NVWA houdt toezicht op fabrikanten, importeurs en handelaren van stoffen, mengsels en voorwerpen vooconsumenten
  • De ILT houdt toezicht op fabrikanten, importeurs en handelaren van stoffen, mengsels en voorwerpen voor professioneel gebruik.

Daarnaast hebben ook het Staatstoezicht op de Mijnen(externe link) en de Douane(externe link) een rol bij de handhaving. Ten slotte heeft de ILT ook, als de voormalige Inspectie Verkeer en Waterstaat,  een rol in de informatie-uitwisseling over toezichtgenieters in de keten.

De inhoud van deze website wordt uitgebracht onder de verantwoordelijkheid van de stuurgroep Handhaving REACH en CLP

Uitvoering handhaving

De uitvoeringsregels van REACH en CLP staan in Hoofdstuk 9 van de Wet milieubeheer (Wm). De uitoefening van het toezicht en de bestuurlijke handhaving is geregeld in Hoofdstuk 18 van de Wm alsmede in de Algemene wet bestuursrecht (Awb).
De overtredingen van de artikelen genoemd in Hoofdstuk 9 van de Wm zijn in de Wet op de economisch delicten (WED) aangewezen als economische delicten en kunnen door middel van het strafrecht worden gehandhaafd.
De bepalingen van REACH en CLP kunnen dus zowel bestuursrechtelijk  als strafrechtelijk worden gehandhaafd.

Artikel 9.3.3 lid 5 van de Wm bepaalt dat er voor REACH ook regels kunnen worden gesteld bij of krachtens de Warenwet. Dit is gedaan in het Warenwetbesluit algemene chemische productveiligheid, op basis waarvan het mogelijk is overtredingen van enkele onderdelen van bijlage XVII van REACH  met een bestuurlijke boete(externe link) af te doen.

Bij de handhaving van de bepalingen van REACH en CLP ligt de nadruk op bestuursrechtelijke handhaving. Bestuursrechtelijke handhaving kan resulteren in

  • een schriftelijke waarschuwing
  • een last onder bestuursdwang
  • een last onder dwangsom
  • en/of een bestuurlijke boete.

Strafrechtelijke handhaving leidt tot

  • het opmaken van een proces-verbaal en
  • vervolging door het Openbaar Ministerie.

Veelgestelde vragen

  1. Hoe is de handhaving van REACH en CLP geregeld in Nederland?
  2. Waarom werken de Inspecties van SZW, de NVWA en ILT wel samen, maar gaan ze niet samen inspecteren?
  3. In welke Nederlandse wet is REACH en CLP geïmplementeerd?
  4. Hoe wordt REACH en CLP in Nederland gehandhaafd?
  5. Hoe is de strafbaarstelling van overtredingen op REACH en CLP geregeld?
  6. Welke handhavingsinstrumenten kunnen bij de handhaving van REACH en CLP worden ingezet?

1. Hoe is de handhaving van REACH en CLP geregeld in Nederland?


De handhaving van REACH en CLP wordt uitgevoerd door een samenwerkingsverband van de volgende organisaties:

  • de Inspectie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
  • de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit
  • de Inspectie Leefomgeving en Transport

Aan de uitvoering van de handhaving dragen ook bij het Staatstoezicht op de Mijnen (die het integrale toezicht op beide verordeningen op het continentaal plat uitvoert) en de Douane (die importcontroles uitvoert). Als daar aanleiding voor is, wisselen de inspectiediensten toezichtsinformatie uit met ILT.

2. Waarom werken de Inspecties van SZW, de NVWA en ILT wel samen, maar gaan ze niet samen inspecteren?

Voor de vermindering van de toezichtlast bij bedrijfsleven is afgesproken dat conform de principes van ‘Eenduidig Toezicht en ketenhandhaving’ iedere inspectiedienst bij hun eigen doelgroepen in de keten alle aspecten van REACH en CLP controleren en handhaven. Deze aspecten hebben betrekking op zowel milieu als  consumentenveiligheid en arbeidsveiligheid. Daarom is gekozen voor de ‘één-loket'-benadering: per doelgroep is één inspectiedienst het eerste aanspreekpunt en uitvoerder van het toezicht. De resultaten van het toezicht worden binnen het samenwerkingsverband van de inspecties uitgewisseld. Dit leidt tot een optimalisering van het toezicht door de afzonderlijke inspecties. Onder de rubriek publicaties(externe link) vindt u meer informatie  in de  jaarrapportages

3. In welke Nederlandse wet is REACH en CLP geïmplementeerd?

REACH en CLP zijn beide Europese verordeningen. Ze hebben daarom een directe werking en hoeven niet in de Nederlandse wetgeving  te worden geïmplementeerd. Wel is de nationale wetgeving is aangepast aan REACH en CLP en zijn er uitvoeringsregels opgesteld. Deze staan in hoofdstuk 9 en 18 van de Wet milieubeheer en het Warenwetbesluit algemene chemische productveiligheid.  Ze regelen onder andere  het toezicht op de naleving van de verordeningen , de mogelijkheid voor bestuursrechtelijke handhaving en het opnemen van een rechtsgrondslag voor het stellen van aanvullende regels die eventueel nodig zijn voor de uitvoering van REACH en CLP.

4. Hoe wordt REACH en CLP in Nederland gehandhaafd?

REACH en CLP kunnen zowel bestuursrechtelijk en strafrechtelijk worden gehandhaafd.  Voor de  bestuursrechtelijke handhaving door de minister van Infrastructuur en Milieu is dit geregeld in het eerste lid van artikel 18.2b en voor de Ministers van Economische Zaken, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport  is dit geregeld in het tweede lid van artikel 18.2b.

5. Hoe is de strafbaarstelling van overtredingen op REACH en CLP geregeld?


In artikel 1a onder 1º en 2º  van de WED zijn de overtredingen  van de bepalingen in Titel 9.3 en 9.3a van de Wet milieubeheer aangewezen als een economisch delict. In artikel 1 onder 4 van de WED geldt dit voor de bepalingen van het Warenwetbesluit .

Het overtreden van deze artikelen is strafbaar als overtreding of indien opzettelijk begaan (artikel 2 WED) als misdrijf. Bijzondere opsporingsambtenaren (BOA's) zijn bevoegd om opsporingsonderzoek te doen naar overtredingen en daarvoor proces-verbaal (pv) op te maken. De strafbaarstelling voor de voorschriften van REACH en CLP is opgenomen in respectievelijk Titel 9.3 en Titel 9.3a van de Wm. In artikel 9.3.3. lid 1 en artikel 9.3.3.a lid 1 staan de ‘zware' en in 9.3.3.lid 2 en artikel 9.3.3.a lid 2 de 'lichte' overtredingen. Handelen in strijd met deze artikelen is een economisch delict als gevolg van WED.

6. Welke handhavingsinstrumenten kunnen bij de handhaving van REACH en CLP worden ingezet?

Afhankelijk van het overtreden wetsartikel zijn de volgende handhavingsinstrumenten beschikbaar:

  • een schriftelijke waarschuwing
  • een last onder dwangsom
  • een last onder bestuursdwang
  • en/of een bestuurlijke boete

Een schriftelijke waarschuwing  is een brief waarmee de ondernemer wordt gewezen op geconstateerde overtreding. Hij heeft dan de gelegenheid om deze te corrigeren.

Last onder bestuursdwang betekent het op kosten van de overtreder wegnemen, beletten, in de vorige toestand herstellen of verrichten van wat in strijd met de regels is gedaan of nagelaten indien de overtreder dat zelf niet doet. Met een last onder dwangsom kunnen in principe dezelfde handelingen worden afgedwongen als met last onder bestuursdwang. De overtreder verbeurt een dwangsom als hij weigert de overtreding en/of de gevolgen daarvan ongedaan te maken.
De bestuurlijke boete is een strafrechtelijke sanctie die wordt opgelegd aan het bedrijf of de persoon die de overtreding heeft begaan. Het doel van de bestuurlijke boete is om de norm te bevestigen. Het belangrijkste verschil met de dwangsom is dat voor het opleggen van een bestuurlijke boete er sprake moet zijn van verwijtbaarheid, met andere woorden de overtreder moet schuld treffen

Europese Handhavingssamenwerking van REACH en CLP

Zowel de REACH- als de CLP-verordening, werken rechtstreeks door in het Nederlandse recht.

Voor de uitvoering van de REACH- en CLP verordening  werken de Nederlandse inspectiediensten  samen met  andere Europese inspectiediensten  en het Europees Agentschap voor Chemische Stoffen (ECHA)  in het Forum(externe link).